Door de coronapandemie maken we steeds meer gebruik van digitale zorg. Toen fysiek contact opeens lastig of onmogelijk werd, bood digitale zorg uitkomst. Tot tevredenheid van veel patiënten en zorgverleners, die eerder terughoudender waren. EenVandaag spreekt erover met Ruben Wenselaar (voorzitter Menzis en bestuurder Zorgverzekeraars Nederland).
Pak door op overwonnen koudwatervrees
“Digitaal contact blijkt vaak net zo goed te werken als fysiek. Het bespaart vermoeiende ritjes naar het ziekenhuis of de huisarts. En het zorgt ervoor dat iedereen in Nederland - los van plaats of zorgaanbieder - gelijke behandeling en mogelijkheden heeft. Aan partijen in de zorg is het nu de taak om de successen, goede ervaringen en voortgang te behouden. En om die zó in te zetten dat digitale zorg ook echt waarde toevoegt aan de huidige manier van zorg verlenen”, licht Ruben toe.
“Natuurlijk leent niet alle zorg zich voor digitale toepassingen. Maar we moeten wel doorpakken op de overwonnen koudwatervrees, het enthousiasme bij patiënten en de tijdswinst die we behalen met digitale zorg. Dat is tijd die we keihard nodig hebben. Bijvoorbeeld bij de inhaalzorg na corona, of door de oplopende personeelstekorten.”
Keuzerecht bij wet
Bij Menzis kennen we inmiddels legio goede regionale voorbeelden van digitale zorg, die we graag beschikbaar maken voor zo veel mogelijk mensen. Zoals het online huisartsenspreekuur ArtsOnline. En COPD en Hartfalen in Beeld, waarmee patiënten thuis worden gemonitord. Daarom ondersteunen we het pleidooi van Zorgverzekeraars Nederland en Patiëntenfederatie Nederland om het keuzerecht op digitale zorg te verankeren in de wet.
“Zo hebben alle patiënten die dat willen, toegang tot digitale zorg. En zo kunnen we innovatie en opschaling ervan versnellen. Voor het toegankelijk en betaalbaar houden van onze gezondheidszorg is dat essentieel”, besluit Ruben.