Als gevolg van de afspraken in het Gezond en Actief Leven Akkoord (GALA) over de ketenaanpak valpreventie voor ouderen met een valrisico, kunnen verzekerden vanuit de basisverzekering aanspraak maken op de valrisicobeoordeling door de huisarts. Vooralsnog mag de valrisicobeoordeling alleen worden uitgevoerd worden door (of in de verlengde arm van) huisartsen*.
Betrokken partijen zijn momenteel in gesprek om de uitvoering van de valrisicobeoordeling uit te breiden met andere beroepsgroepen. Dit proces is nog gaande. Tot die tijd valt een valrisicobeoordeling volledig uitgevoerd door fysiotherapeuten, wijkverpleging of ergotherapeut niet onder de basisverzekering.
De NZa heeft een prestatie valrisicobeoordeling vastgesteld in de Prestatie- en tariefbeschikking overige geneeskundige zorg - TB/REG-24625-02. Menzis volgt hierbij het NZa maximumtarief van € 20,54 per 15 minuten. De prestatie is vanaf 1 januari 2024 door huisartsen te declareren via de prestatiecode 31457 in VECOZO.
Valrisicobeoordeling zonder valrisicotest
Een verzekerde kan voor een valrisicobeoordeling enkel aanspraak maken op vergoeding vanuit de basisverzekering als er sprake is van een hoog valrisico (vastgesteld bij de valrisicotest). Dit geldt ook voor thuiswonende ouderen met een WLZ indicatie.
De valrisicotest is ontwikkeld door VeiligheidNL en kan worden afgenomen door een geschoolde professional in het sociale domein of in het medische domein. Indien een patiënt zich bij de huisarts meldt voor een valrisicobeoordeling zonder valrisicotest heeft de huisarts de volgende opties:
Zelf de valrisicotest afnemen (= regulier consult).
- Komt uit deze test een hoog valrisico dan kan de huisarts (of een professional onder zijn/haar verantwoordelijkheid) de valrisicobeoordeling uitvoeren
- Komt uit deze test een matig of laag valrisico dan kan de huisarts verwijzen naar het juiste loket voor een eventueel vervolg (bij de inrichting van de keten worden hierover binnen de desbetreffende gemeente afspraken gemaakt).
Valrisicobeoordeling leidt tot valpreventieve beweeginterventie
Eén van de adviezen uit de valrisicobeoordeling kan resulteren in een doorverwijzing naar een valpreventieve beweeginterventie.
- Ouderen zonder onderliggend lijden worden voor een valpreventieve beweeginterventie doorverwezen naar het sociale domein. Gemeenten kopen erkende valpreventieve beweeginterventies in waar deze ouderen dan aan mee kunnen doen.
- Indien er sprake is van onderliggend lijden komt een oudere in aanmerking voor een valpreventieve beweeginterventie vanuit de Zvw. Valpreventieve beweegprogramma’s zitten op dit moment nog niet in het basispakket. Het is namelijk nog niet duidelijk welke trainingsprogramma’s voldoen aan het criterium ‘volgens stand van wetenschap en praktijk’. Wij verwachten dat het Zorginstituut Nederland op korte termijn duidelijkheid geeft over welke valpreventieve programma’s voldoen. Vanaf dat moment gaat Menzis deze programma’s inkopen en vergoeden voor haar leden. De laatste informatie hierover vindt u hier.
Uit de valrisicobeoordeling kunnen ook andere factoren naar voren komen dan een verminderde spierkracht en of stoornis in balans en looppatroon. In dat geval verwijst de huisarts door naar overige passende interventies, bijvoorbeeld: aanpassingen in huis en omgeving, medicatiebewaking, aanpak visus problemen, voetproblemen of schoeisel, psychologische en voedingsinterventies etc. Deze interventies worden bekostigd vanuit reguliere Zvw vergoedingen.
Inkoop Menzis
De valrisicobeoordeling en valpreventieve beweeg interventie koopt Menzis bij voorkeur in via een eerstelijns regionaal samenwerkingsverband. Onder regionale samenwerkingsverbanden verstaan we organisaties waarin zorgverleners op regioniveau zijn verenigd. Dit kunnen Regionale huisartsenorganisaties zijn, maar ook paramedici of leefstijlcoaches, die gezamenlijk zijn verenigd. In de regio’s waar Menzis geen regionale samenwerkingsverbanden heeft, bieden we individuele aanbieders die voldoen aan de ‘Minimum- en uitvoeringseisen zorgonderdelen Valpreventie’, de mogelijkheid om een overeenkomst aan te gaan.
* Medische generalistische blik noodzakelijk
Een valrisicobeoordeling is een analyse bij ouderen met een hoog valrisico naar aanwezige valrisicofactoren, zodat op maat adviezen en interventies gegeven kunnen worden. Aan de hand van vragen en testen worden 13 valrisicofactoren in kaart gebracht. Het Zorginstituut Nederland (ZiNL) heeft aangegeven dat voor de valrisicobeoordeling een medisch generalistische blik noodzakelijk is en daarmee zorg is ‘zoals huisartsen plegen te bieden’.
De huisarts, specialist ouderengeneeskunde en POH ouderenzorg (in de verlengde arm van de huisarts) beschikken over de competenties om een valrisicobeoordeling in zijn totaliteit uit te voeren. De valrisicobeoordeling wordt uitgevoerd volgens de beschrijving die is opgenomen in het document en instrument De Valanalyse.